Het rugnummer van Johan Cruijff
In het jaar 1982 was het. Een 1-1 gelijkspel was voldoende om de volgende ronde te bereiken. Bij de stand 1-1 (het eerste duel eindigde in een 2-2 gelijkspel, en was 1-1 voldoende voor plaatsing voor de volgende ronde) werd Cruijff in de 87e minuut vervangen. Het was de tijd van coach Aad de Mos, Piet Schrijvers, Wim Kieft, Soren Lerby, om maar een paar namen te noemen. Een minuut later ligt de bal achter Schrijvers in het doel. Cruijff ziet het vanaf de bank met afgrijzen aan, en ik vanaf de tribune. Een illusie armer, maar ik had Johan Cruijff wel in het echt zien schitteren. Een andere keer dat ik met Cruijff te maken kreeg, was de tijd dat ik bij de Stadsomroep Utrecht zat. Na de oefenwedstrijd tussen FC Utrecht en Barcelona, kon ik tijdens de persconferentie wat vragen aan hem stellen. Tot groot ongenoegen van het overige journaille vroeg ik hem niets over Barcelona, maar over FC Utrecht, want ik maakte een special over de Utrechtse profclub. Hem maakte het niet uit, want hij roemde Utrecht en haar spelers om het vertoonde spel. Drie minuten later zat ik in zak en as, want de geluidsman had niet goed opgelet toen zijn meters niet goed hadden uitgeslagen. Geen bewijs, maar ik ontlokte hem wel enkele volzinnen. Trots als drie pauwen was ik. Een seizoen was ik voor Feyenoord, u kan wel raden welk seizoen dat was. In Barcelona gaan er nu stemmen op om Nou Camp te vernoemen naar Johan Cruijff. Als Ajax dat niet doet, hoop ik echt dat PSV kampioen wordt en zal ik nooit meer een stap zetten in de ArenA. In Barcelona wel en in Amsterdam niet? Dat gaat er bij mij niet in. Op de donderdagavond ga ik voor de buis zitten, kijkend naar beelden van Cruijff. Genieten van zijn acties, treuren om zijn dood. Kijken hoe goed en hoe groot hij was. Genieten met een hoofdletter G. 'Elk nadeel heb z'n voordeel', nietwaar?